Met overledenen werken is makkelijker dan met levenden.

coverbeeld
Nieuwsbericht gepost op 28/09/2020

Een stukje over mijn werkzaamheden als forensisch expert in medico-legale zaken.

Interview in de rubriek 'Mensen' uit De Juristenkrant nr. 414 van 23 september 2020. 


'Ik heb eerst een bachelor psychologie gedaan, maar toen een docente ons bepaalde therapieën voor de behandeling van psychotrauma voorstelde waar ik niet achter kon staan, heb ik afgehaakt. Je moet erin kunnen geloven als je therapie geeft. Ik ben dan overgeschakeld naar de master criminologie. Het waren twee heel leerrijke jaren, en het is zeker een goede aanvullende opleiding, maar als zelfstandige opleiding leidt het niet tot heel veel jobmogelijkheden.’ Maar moeilijk kan ook. 


Na haar thesis in de gerechtelijke geneeskunde – ‘We zochten en vonden biologische markers voor het bepalen van stressfactoren bij dodelijke slachtoffers’ – deed ze in het UZ Brussel eerst stage bij een anatomopatholoog, als autopsie-assistent, voor het uitvoeren van klinische autopsies. ‘In Nederland is dat een erkend beroep, hier helaas niet. Ik heb het graag gedaan, al is het een fysiek zware job. Je moet wel sleuren aan zo’n lichaam. En er is altijd het risico op een prikaccident, of bloedspatten.’ De Koning was daarna vijf jaar wetenschappelijk medewerker aan de UGent. ‘Altijd met tijdelijke contracten. Ik heb er wel fundamenteel onderzoek gedaan, over moord gevolgd door zelfmoord. Dat heeft me ook een internationale publicatie opgeleverd. Toen mijn prof met pensioen ging, werd hij opgevolgd door iemand die vond dat een criminoloog geen goede aanvulling op zijn team kon zijn, en werd mijn contract niet verlengd. Maar ik ben me blijven verdiepen in de materie.  


In 2016 heb ik me als zelfstandige in bijberoep gevestigd, als forensisch expert in medico-legal dienstverlening. Sinds 2019 ben ik opgenomen in het Nationaal Register. Daarvoor heb ik ook een extra opleiding aan de UGent gevolgd, inleiding tot het recht voor gerechtsdeskundigen.’ ‘Een opdracht van justitie heb ik nog niet gekregen. Ik begrijp dat wel, men schakelt altijd eerst een wetsarts in, en dat ben ik niet. Maar ik heb wel al verschillende opdrachten voor partijen in een geding uitgevoerd. Wat ik doe, is advies geven, informatie samenbrengen uit verschillende forensische disciplines, een overzicht geven van de wetenschappelijke kennis die er op dit ogenblik bestaat, via literatuuronderzoek. Ik treed op als een technisch raadgever. Het geeft wel voldoening dat die ook effectief mee hebben geholpen om zaken op te lossen, onder andere in een zaak van kindermisbruik en van kindermoord.’

Foto: Wouter Van Vaerenbergh